dinsdag 29 april 2014


De wind van voren

Onlangs beluisterde ik bij toeval een gesprek tussen een radioverslaggeefster en top- en televisiekok Pierre Wind. Hij is een nieuwe weg ingeslagen, anders geformuleerd: een jonge ondernemer is die nieuwe weg ingeslagen en heeft gevraagd of meneer Wind er zijn naam aan wil verbinden. Zo rijdt er binnenkort door Den Haag een restauranttram. De receptuur draagt de naam Wind. Althans: dat begreep ik uit het gesprek. Hij – Pierre dus – kookt het eten niet en is ook niet elke rit aanwezig, maar legt wel uit aan de keukenbrigade hoe het moet en zo. Tevens bedacht hij gerechten met een leuke “draai eraan”, een “twist”. Hij noemde voorbeelden die ik nu vergeten ben. 
 
Maar goed: trammend door Den Haag gaan, naar buiten kijken en ondertussen gezellig eten kan een leuk concept zijn. Van Den Haag houd ik, het was mijn studentenstad, waar ik zelfs wat langer bleef wonen. Desalniettemin weet ik niet of zo’n restaurantrit voor mij weggelegd is. Het heeft ook iets aanstellerigs. Is het niet wat doorgeslagen? De tram associeer ik met forensen, het geluid van ijzer op ijzer waar mijn hart van ineen krimpt; met de stress rondom de prangende vraag: “Haal ik mijn trein nog en kom ik op tijd?” Het woord “remise” dringt zich aan me op, “terug naar de remise” en direct daarna: de moed in mijn schoenen, vergeet het, je komt te laat! Het nuttigen van een maaltijd met begeleidende wijnen hoort daar niet bij. Zou het me wel bekomen|? Of bekoren? Misschien moet ik het eens doen met mijn immer vrolijke studievriendinnen! Kan hilarisch zijn, maar we zullen beslist vergeten te eten...

Terwijl ik zo mijmer, verslik ik me in iets, dat ik meneer Wind hoor vertellen, iets dat pertinent niet klopt. Ook dat nog. Lacherig noemen hij en de verslaggeefster dit tot besluit “het nieuwe koken”, ja “het nieuwe koken, dat meneer Wind uitgevonden zou hebben”.

Fout! Volgens mij deed elke zuinige huisvrouw van vroeger het namelijk al ruim voordat meneer Wind in de wieg lag. En zo niet, dan vind ik dat mijn inventieve moeder de credits verdient die hij zichzelf kort tevoren heeft toebedeeld. Als iemand dit z.g. "nieuwe koken" heeft uitgevonden, dan is dat namelijk echt mijn moeder.

Zíj – voedingsdeskundige, TOP-Thuiskokkin en kooklerares – heeft de Tweede Wereldoorlog meegemaakt. Zij leerde mij al jong, dat zuinigheid een deugd is en dat je het gas onder je pannen al eerder uit kunt draaien dan wanneer de werkelijke gaartijd afgerond zou zijn en je het gerecht kunt uitserveren. De inhoud blijft nog best een tijdje warm, net als de gasbranders en de gietijzeren pannendragers eronder, zodat je gerechten gerust blijven doorgaren en toch goed warm kunnen worden opgediend. Doe je dit elke dag, dan bespaar je gas en alle beetjes helpen, zowel met het oog op je portemonnee als op het milieu en de gasbel in Groningen. Doet elke thuiskok dit, dan… Nou Nederland, tel uit je winst! Zou getekend moeten zijn: Annelies Ecury-Athmer. Niet dat haar enige recht het aanrecht was. Als echtgenote, huisvrouw, moeder, naaister, breister, milieubewuste hergebruiker van allerhande goederen, poli-assistente gynaecologie, grootmoeder, intelligent gespreks- en sparringpartner,  duizendpoot, enz. enz. en vooral: mijn voorbeeld, stond zij haar mannetje.
 
  
                          Annelies 1963                                             Annelies 1943

Voornoemde kok mag – met alle respect – mijns inziens niet zeggen, dat dit goede gasbezuinigende idee uit zijn "koker" komt, noch uit zijn keuken. Zelf hanteer ik het principe dagelijks, vanaf dat ik in de vroege zeventiger jaren op kamers ging wonen en mijn eigen kostjes klaarmaakte, met dank aan mijn inspirerende voorbeeldmoeder. Pierre Wind mag veel uitgevonden hebben op kookgebied, maar dít pertinent NIET! Het noopt me voor wijlen mijn briljante moeder op te komen, nu ze dat zelf niet meer kan doen. Dus: sorry meneer Wind: na deze analyse móet ik u de wind van voren geven… en wilt u wellicht wat gas terug nemen. De oorsprong van dit koken is niet nieuw en ligt bij ónze lieve Annelies. Die overigens nog veel meer energiebesparende kooktips in petto had!

 
 


 
 
 

Hondsbrutaal

Ongeveer half april reed ik van Schoorl naar Bergen. Het was druk. Aan de doorgaande weg van het dorp naar de N9 werd gewerkt en dus raakte de alternatieve route via Bergen enigszins overbelast. We sukkelden achter elkaar aan over de Landweg, waarlangs niet alleen een fietspad loopt, maar deels ook een ventweggetje. Het biedt de vrijstaande huizen aan de voorkant wat meer ruimte.

Door dat lage tempo had ik tijd een beetje om me heen te kijken, zonder het zicht op het verkeer te verliezen. Twee kleine villa’s die vast en zeker door dezelfde architect ontworpen zijn – en dat is beslist onze eigen Maarten Min niet geweest. De zon scheen. Lente!

Achter het gesloten smeedijzeren hek van het rechterhuis zag ik een boos blaffende hond. Een mooi rasbeestje van formaat. In een fractie van een seconde zag ik ook de oorzaak van dat felle protest. In de berm van de ventweg stond een grijsmetallic auto, type middelmaat Japanner. Op de bestuurdersplaats een dikbuikige man. Een eveneens corpulente dame liep overduidelijk met een zelfverzekerde blik naar het hek, waarachter de hond nu ook heen en weer begon te springen van woede en zorg om de onrust rond zijn terrein. Door mijn gesloten autoramen hoorde ik hoe immens het waakse dier zich opwond.

Inmiddels was ik bijna voorbij de villa gereden om nog net tot mijn verbijstering te kunnen zien wat er vervolgens gebeurde. Zowat raakte ik van het pad en in elk geval totaal van slag. Opeens wist ik, dat ik er goed aan deed, onze eigen trouwe viervoeter nooit alleen in de tuin achter te laten, wanneer ik wegging of boven in huis aan de slag was. De vrouw – in haar ogen nog altijd die uitdrukking van “dat varkentje zal ík wel eens even wassen” – duwde namelijk de hond iets in zijn bek! Het was dat ik niet zo snel kon stoppen. Dat ik terstond ging twijfelen of het waar was wat ik gezien had. Maar in mijn spiegel zag ik dat de vrouw de handeling herhaalde… Zoiets kan en mag niet. Zoiets vind ik nou hondsbrutaal. Niemand zou ongevraagd mijn hond mogen voeren, omdat hij nu eenmaal niet alles mag hebben of kan verdragen. 

Nu betrap ik mezelf erop, dat ik me van tijd tot tijd afvraag hoe het dit dier is vergaan. Zou hij ziek geworden zijn, hondsberoerd misschien? Zou hij überhaupt nog leven? Was ik maar alerter geweest, had ik maar gestopt. Moet ik eens poolshoogte gaan nemen bij de villa? Of kan ik volstaan met het verspreiden van dit nieuws - een gewaarschuwd mens telt per slot voor twee.
 

dinsdag 22 april 2014


Goed voornemen doet goed volgen

Kun je Pasen eigenlijk óók gebruiken voor het opmaken van goede voornemens? Of hoort dat specifiek bij de kersttijd, of bij de jaarwisseling? Dan maak ik ze nl. juist niet. Het verglijden van de tijd laat ik over me heenkomen, als een warme deken, of als een sneeuwbui in de winter. Je doet respectievelijk je kraag los of je zet hem hoog op en laat komen wat komt.

De uitnodiging om mee te doen met de paaswandeling van “de Minnen”, oorspronkelijk allen afkomstig uit Bergen, maar nu tamelijk verspreid wonend in Nederland en zelfs daarbuiten, zette mij ertoe nieuwe wandelschoenen te kopen. Mijn ouwetjes had ik achtergelaten in Zuid-Afrika, omdat ik dacht voorlopig niet meer toe te komen aan het grotere werk nu onze hond oud geworden is en geen uren meer met me mee kan om te struinen door de duinen. Geheel volgens vooropgezet plan gaf ik ze dus bij vertrek uit de Lodge aan de eerste persoon die ik tegenkwam, een werkneemster die met een brede en warme glimlach mijn stevige stappers in ontvangst nam en uitriep:”Thank you, thánk you, I will give them to my son!”

Van mijn geste heb ik geen moment spijt gehad, maar voor die paaswandeling leek goed schoeisel me niet alleen noodzakelijk, maar ook een prima aanzet en een stimulans om vooral met regelmaat te blíjven terugkeren naar het bos- en duingebied op een steenworp afstand van ons huis. We worden nota bene alweer overlopen door toeristen die er veel voor over hebben hier een stevige Spatziergang zu machen. Zou ik dan afhaken, omdat mijn lieve hond mij niet meer kan uitlaten?

Kijk, zo werd rondom Pasen door ondergetekende een nieuw voornemen gelanceerd. Weer samen actief bezig te zijn met de Minnen – bevriend met de 6e op rij, Marlou Min, kwam ik vanaf mijn 6e bij hen over de vloer totdat wij Bergen verlieten, maar de vriendschap hield stand – was als altijd ouderwets gezellig en het was een feest om jong en wat ouder mee te maken. Met vader en moeder Min steevast in gedachten mocht ik die middag in feite delen met vier generaties, al dan niet met aanhang. Mooi, dat je dan opeens in zo’n achterkleinkind “het kleine zusje van vroeger” kan herkennen die net zo kon kijken en praten en die ook van die blonde krullende lokken langs haar blozende wangen had.

En dat op nieuwe, lichtgewicht wandelschoenen. Wat een rijkdom! Voor herhaling vatbaar. Vanochtend bijtijds de kuierlatten genomen en flink rondgestiefeld door de buitengebieden van mooi Schoorl. Wel in de natuur, maar zonder onze lieve hond en zonder de Minnen. Hoewel: ons dorp is klein. Al snel werd ik vrolijk met een “twas leuk gister hè?” begroet door drie van die “Minnetjes”. En thuis wachtte onze lieve trouwe viervoeter me blij kwispelend op.
 
Morgen ga ik wéér en dan met de buurvrouw. Goed voornemen doet goed volgen, ook als het jaar al aardig op dreef is.  
 
Nog met de oude wandelschoenen - en met de jongere hond...
Foto: Sandra Blikslager

vrijdag 18 april 2014


Positief denken helpt!                                                                                       

Daan Lautenschutz uit Schoorl is een schoolvoorbeeld van de positeif-denken-methode uit “The Secret”, het in vele talen mooi uitgebrachte boek van Rhonda Byrne dat lang de bestsellerlijsten sierde. Het geheim, dat zij daarin onthult, kan ons alles geven wat we wensen. Zou het dan toch werken?

Daan, een gemoedelijke “onderbouwer”, achterkleinkind van de Bergense kunstschilder Jaap Min, heeft vermoedelijk nooit gehoord van dit boek. Maar hij zag dat hij via rijwielhandelaar Masteling uit Groet aan een speciale winactie kon meedoen van Gazelle. Dit aloude rijwielmerk heeft een unieke Gouden Damesfiets geproduceerd in limited edition, ter ere van de Olympische Spelen in Sochi. Het enige dat Daan moest doen, was het raden van het juiste aantal medailles voor Nederland, vóórdat de spelen begonnen waren. Daan dacht na en gokte: 24 stuks.

Zijn lieve en enthousiaste moeder die alles opzij zet voor haar gezin, trapte het dorp rond op een oud, nog deugdelijk maar gammel beestje. Zonder klagen. Al liet ze haar oog wel eens glijden over de mooie tweewielers die ze her en der zag glimmen onder de zon. Toch trok ze er geen geld voor uit: haar drietal gaat in alles voor.

“Geeft niet, mam,” zei Daan. “Houd het nog even vol. Ik ga die gouden fiets voor jou winnen.” In gedachten zag hij het voor zich. Moeders glimlachte, broertje en zusje schaterden het uit en vader gaf zijn zoon het voordeel van de twijfel. “Ja, hoor, Daan. Dat zal wel,” riepen ze in koor. En Daan knikte. Inmiddels haalden de Nederlandse teams aardig wat medailles binnen. Het zou goed komen.

Het Uur-U naderde. Het door hem gegokte medailleaantal was binnengehaald. Zou hij de enige uit de regio geweest zijn die het juist had? Hij twijfelde niet. De hele week vertelde hij thuis dat hij vrijdag dús die fiets zou winnen. Voor zijn moeder. Hij was zelfs al naar de rijwielzaak gegaan om te vragen naar de uitslag. Die wisten ze daar al, maar ze mochten nog niets verklappen. Spannend!

Op de dag van de uitslag kwam ik moeder en oudste zoon tegen. Lopend, haar fiets aan de hand, de Benjamin van het gezin achterop. “Mijn voorvork is gebroken, moet je zien,” was desondanks de  stralende  begroeting. Ik reageerde ontzet. Jeetje, een flinke kostenpost. “Nee hoor,” riepen ze in koor.  Een trotse moeder liet erop volgen: “Daan heeft net een Gouden Gazelle voor me gewonnen! We mogen hem zó ophalen!”

Alsof dat nog niet genoeg was…Het gezin toog op 19 maart naar Naturalis in Leiden. Daan had ook aan een andere wedstrijd meegedaan en een Meet & Greet gewonnen met Tv-bioloog Freek Vonk. Zie je nou? Wat is uw wens? Wat let u? The Secret. Daan is een natuurtalent. Het werkt. En volgens mij is hijzelf de hoofdprijs.

 
Deze Blog verscheen tevens in Het Bergens Nieuwsblad van 16 april 2014

donderdag 10 april 2014


Welcome to Chimp Eden

Iedereen kent Dr. Jane Goodall wel, de vrouw die leefde met, voor en door de gorilla’s om ze te bestuderen en te beschermen. Grote apen hebben nu eenmaal marktwaarde. Zo ook de chimpansee. Maar die marktwaarde mag eigenlijk geen naam hebben. Het is een schande dat vaak een hele groep chimps wordt afgeschoten, omdat men voor dat ene babyaapje omgerekend € 50,00 kan vangen.

Ik vind het onvoorstelbaar dat mensen anno 2014 nog steeds een aapje willen kopen als huisdier. Knettergek! Je wéét toch onderhand dat deze dieren thuis niet te houden zijn. Maar het gebeurt nog altijd. En als ze door de onmensen die ze aanschaffen gevoed zijn met hamburgers en ijsjes, en gelaafd met alcohol – “zo leuk, om te zien hoe ze daarop reageren”-  dan worden ze verbannen naar een hokje achter in de tuin en wordt er af en toe nog wat eetbaars naar binnen gesmeten. In het gunstigste geval.

The Jane Goodall Institute Chimp Eden – zie www.chimpeden.com – is een opvangcentrum voor de happy few die van een afgrijselijke aftakeling met de dood tot gevolg gered worden. Het is een Sanctuary onder de plaats Nelspruit in Zuid-Afrika. Wij hebben daar een bezoek aan gebracht. Indrukwekkend.

Een jonge ranger gaf ons een interessante privérondleiding en vertelde zonder haperen alles wat je eigenlijk niet weten wilt – hartverscheurend, zoals dieren moeten lijden onder mensenwensen… Gelukkig kunnen opvangcentra vandaag de dag (na getipt te zijn) met een gerechtelijk bevel zo’n verwaarloosde chimpansee ophalen. Dat zijn de geluksvogels die terechtkomen in dit apenparadijs. Ze worden er uitstekend gevoed en als dit gebeurt wanneer ze nog jong zijn, dan komen ze prachtig in hun vacht te zitten. Helaas blijven de mishandelde en ondervoede dieren er vaak schaafmottig uitzien. Ze worden ook niet oud. Maar ze hebben tenminste nog enige tijd een goed onderdak en een liefdevolle verzorging. Pas op: het blijven wilde dieren. Steek je een vinger naar ze uit, dan bijten ze die lustig van je hand af. Het blijven apen en als zodanig dienen ze gerespecteerd te worden.

Wist je dat het DNA van de chimpansee voor 98% overeenkomt met dat van de mens? Zou die ontbrekende 2% nou bepalen, dat mensen van die rare, in mijn ogen misdadige dingen doen met onschuldige dieren?

Het doet immens goed, dat iemand deze Sanctuary heeft opgericht. Hij woont op het eigen terrein – 1000 hectare – tegen een berg aan. Op zijn terrein lopen nog veel meer apen rond, maar dan in vrijheid. Ook giraffen kwamen we tegen en wat impala’s. De rust was overweldigend. We spotten tevens een landingsplaats voor een eventueel privévliegtuigje of een heli. Onze ranger had deze weldoener nog nooit ontmoet, maar via filmbeelden had hij enorm veel van hem geleerd, zei hij respectvol. “Is hij al oud?” vroeg ik, denkend aan een grijsaard die met de horizon in zicht wellicht nog iets goeds in zijn leven wilde doen. “Nee,” antwoordde de ranger. “Hij is ongeveer midden 30, schat ik.” Welcome to Chimp Eden!


 

maandag 7 april 2014


Sommige dingen gebeuren maar eens in je leven
                                               Met heel veel dank aan Stephanie en Tim! Best wishes, lots of love and luck...
 
Je zou denken dat iemand die veel gereisd heeft als hij de 50 ruimschoots gepasseerd is, veel al een keer heeft gezien of meegemaakt. Ik dacht dat. Over mezelf en van mezelf. Maar van de trouwerij van Steph en Tim op 29 maart met alles erop en eraan in die ongelooflijk sfeervolle Dawson’s Lodge, in gezelschap van veel leuke jonge en oudere mensen, ben ik nog steeds helemaal enthousiast.

Stel je eens voor: Je staat op en na een douche om goed wakker te worden, kleed je je aan om te gaan ontbijten. Van het hoofdgebouw staan de deuren wijd open, je hoort niets mechanisch, geen verkeer. Vogels, een flauwe wind in de bomen. Gemurmel op de terrassen van de in groepjes zittende vrienden van het bruidspaar, soms een daverende lachbui. En waar je maar kijkt: die schitterende natuur. We zitten vrij hoog, op 1250 meter hoogte. Maar de bergen glooien om je heen, in de verte grazen koeien en impala’s. Rietbokken en waterbokken met zo’n mooie lichte cirkel rond hun staartimplant. En zelfs zebra’s zijn er in deze oase van rust die slechts even verstoord wordt. Ach, wat heet. Het hindert niet, dat wieken van een helikopter vlakbij: De eigenaar van de lodge komt even langs en vertrekt kort daarna weer – net als in een film.

Op de diverse locaties is men druk in de weer met de voorbereidingen. Het verloopt allemaal even harmonieus. Ofschoon er regen voorspeld is, schijnt de zon uitbundig. In de middag begint het stevig te waaien. Ik houd het erop, dat de Curaçaose Noordoostpassaat zich bij wijze van groet even meldt. Maar droog en zonnig blijft het en al die leuke en lieve, feestelijk geklede mensen en kinderen nemen verwachtingsvol plaats op de witte stoelen onder de eeuwenoude boom die iets weg heeft van een flamboyant. Daar sta je dan, in afwachting van het begin van deze trouwceremonie. Kan iemand me even komen knijpen?  Is dit echt?

Dankbaar denk ik terug aan een rijk gevuld en vervuld verleden. Brazilië, India, Indonesië, Zuid-Afrika anno 1994. De Nederlandse Antillen en andere Caribische eilanden, grote delen van Noord-Amerika, veel Europese landen en eilanden. Het Panamakanaal. Prachtige bijeenkomsten en festiviteiten met de Tafelronde en de Ladies’ Circle op de mooiste locaties. Op mijn wensenlijst staan alleen nog het ijskoude hoge noorden, Groenland of Alaska. Maar bijna als vanzelfsprekend heb ik eigenlijk het logboek van mijn verre reizen afgesloten. Dat kan ik zeggen zonder enig gevoel van spijt en met droge ogen. Geloof het of niet: met de brede en hoge duinen van Schoorl om in te wandelen en het Noordzeestrand vlakbij en dan óók nog eens ons geliefde dorpje Bergen op fietsafstand, ben ik ingelukkig. Daarnaast kunnen we, wanneer we maar willen, zeer genieten van Saint-Rémy de Provence of van de tripjes die zich voordoen in verband met mijn werk. Binnenkort staat er een lezing in Bonn op het programma. Het is pure rijkdom, wanneer je de 50 op zo’n manier ruimschoots hebt mogen passeren.

En dan trouwt opeens je achternichtje in Zuid-Afrika. Tijdens de huwelijksceremonie zei ik onder meer het volgende: “Preparing this reading I paid a visit to the website of NIMBAS University, School for Business and Society in Utrecht, where you, Steph and Tim, graduated. I learned from its promo film the slogan: Change your perspective and you will see another world.Hoe waar. Wat een wondere wereld mocht ik nu weer betreden! Zoiets gebeurt maar eens in je leven. Out of Africa. Always something new!   
  
Het is goed wakker worden vanuit onze kamer in
The Dawson's Lodge, met een haardvuur en uitzicht op de bergen
 
 

donderdag 3 april 2014


Out of Africa always something new                
                             (Plinius Secundus Maior, an old roman historian)
 
Een paar keer per jaar schrijf ik in samenwerking met bruidsparen voor hen een persoonlijke trouwceremonie. Die presenteer ik meestal nadat het huwelijk is voltrokken door de buitengewoon ambtenaar van de burgerlijke stand. Soms ervóór. De laatste keren lieten koppels ook hun samenlevingscontract in stilte omzetten in een huwelijk en verzochten ze mij om een ceremonie die zij naar wens in nauw overleg met mij inkleurden. Al dan niet met een trouwakte die ze bij wijze van spreken inlijstten om boven hun bed te hangen.

Altijd heb ik dit opgevat als serieus, maar enorm leuk werk, al kon het me volledig in beslag nemen. Zo’n ceremonie moet in één keer meer dan uitstekend gepresenteerd worden, zonder haperen en vanzelfsprekend zonder fouten. Het moet bovendien herkenbaar zijn voor bruid en bruidegom, maar ook voor hun familie en vrienden. Er moet een balans zijn tussen humor en ernst. Het moet aangenaam zijn om naar te luisteren. En omdat ik een bruid en bruidegom soms een jaar tevoren leer kennen, zitten ze vanaf dat moment met hun hele wensenlijst in mijn hoofd, zodat ik soms bij het openslaan van een krant, tijdschrift of boek meteen een opmerking, gedicht of stuk tekst zie, die op hen terugslaat en die ik mooi kan gebruiken. Citeren maakt het altijd compleet en af. Alles bij elkaar is het een urenverslindend werk. Ik hield het exclusief en heb er dan ook nooit echt werk van gemaakt mijzelf “te verkopen”.

De laatste jaren heb ik mijn tijd ten volle benut om te werken aan mijn romans. Maar als een enkele keer het verzoek komt, kan ik slecht “nee” zeggen, vooral niet wanneer het gaat om de dochters of zoons van vrienden. Ik houd van jonge mensen en van dit facet van mijn schrijverswerk. En trouwerijen zijn zo romantisch. Helemaal als het gaat om kinderen die je zag opgroeien. En dan die droomlocaties. Ik was in stadsvilla’s en sfeervolle restaurants. In de tuin bij een watermolen en bij kastelen of gewoon in knusse eigen tuinen en op een ponton aan de Loosdrechtse Plassen. In België, Frankrijk en op sfeervol Corfu. Maar mijn meest recente huwelijksceremonie sloeg werkelijk alles…

Net terug uit Zuid-Afrika ben ik er nog helemaal vol van. Mijn achternichtje Stephanie, dochter van neef Tom de Windt uit Curaçao, trouwde met haar Tim. Zij leerden elkaar kennen in Utrecht waar zij studeerden, en vertrokken ruim 7 jaar geleden naar Johannesburg, waar ze beiden hard werken, maar ook intens genieten van de schoonheid van de natuur. Ze vroegen mij of ik de ceremonie wilde leiden. In het Engels. De kroon op mijn werk!

De trouwlocatie was de met zorg uitgezochte Dawson’s Lodge, ten zuiden van Nelspruit en aan de voet van de Nelsberg, midden tussen de glooiende landerijen op zo’n 1250 meter hoogte. Het geheel kon gediend hebben als decor en film set voor het verhaal Out of Africa van de Deense Karen Blixen uit 1937. Een reservaat, waar de zebra’s in de verte liepen, de impala’s en roodbokken en ander groot wild, maar ook gewone koeien. De trouwerij duurde vanaf een bbq – braai – op vrijdagavond onder een wonderschone sterrenhemel tot en met een farewell brunch op zondagochtend onder de stralende zon.

Het absolute hoogtepunt was de ceremonie, waarin ik bruidspaar en toehoorders meevoerde in, wat ik noemde our own Out of Africa Love Story. Mijn trotse neef bracht zijn prachtige dochter via de witte loper naar Tim toe, waar hij haar met zijn bestman Xander, the maid of honor Tess en Alexander, het ringenjongetje, al opwachtte. Op Curaçaose muziek kwamen ze naar voren, een ontroerend moment dat op mijn netvlies gebrand staat.

 
 
 
Steph en Tim tijdens de trouwceremonie
in de tuin, onder een eeuwenoude boom voor The Dawson's Lodge