donderdag 10 juli 2014


Die gelukkig makende combinatie                                      

Als er iemand met succes een ster was in het focussen, dan was het wel mijn labrador Molly. In ruil voor haar aller-charmantste likjes op hand of wang, haar mooizitterij met de blik scherp en alert afwisselend gericht op de inhoud van een jas- of broekzak en de ogen van degene van wie zij vermoedde dat die haar kon voorzien van iets lekkers, kreeg zij alles voor elkaar.

Van tijd tot namen wij na onze boswandeling de route door het dorp naar huis. Tegenover de ijskraam hield zij de adem en haar pas in. Zij ging zitten en zocht oogcontact met de eigenaar. Hoe ik haar ook aanspoorde, er was geen beweging in haar te krijgen. Ze keek mij aan, richtte zich kort op het winkeltje vol koude zoetigheid en weer op mij. De boodschap was duidelijk. Oversteken. Er wordt op mij gewacht. En zo was het. Iedereen bekeek dit ongewone tafereel en ritueel met een glimlach. Ook de ijscoman.

Soms dwong Black Molly mij tot de aankoop van zo’n heerlijke Italiaanse gelato. Altijd vanille. Want daarvan durfde ik haar ongestraft het laatste restje te geven. Had ik er geen trek in, dan wist ze de verkoper met haar charme om haar poot te winden. Hij vond altijd wel een kapot hoorntje. Ze herkende onmiddellijk de lichaamstaal en handelingen van die lieve man en sprong nog net niet via het loket de tent binnen. Zelden iemand in zó korte tijd zó zien genieten van iets eetbaars. Heftig kwispelstaartend. Hap, snap, op.

Weken we van onze route af, dan rook ze met haar ongelooflijk goede neus dat de slager in beeld kwam. Weer die focus: “Ja, hallo, zeg. Doorlopen? Gaat ‘m niet worden. Mijn bonus is binnen bekbereik! Naar beneden dus…”  Vooruit. Tijd voor Limburgs Kloostervarken. Voor mij dan, natuurlijk. Molly volgde buiten wat er binnen gebeurde en keek met onafgebroken begerige blik haar stukje worst van het hakblok af. Wat hield ze van die slager!

De laatste hobbel moest dan nog genomen worden. De kaasboer. Daar bleef ze keurig liggen op de mat, terwijl haar warme ogen alles volgden – en vooral winkelier Niek. Haar zelfbeheersing duurde tot mijn portemonnee rammelde. Dan brak háár momentje aan. Het werd haar gegund. Wie krijgt er nu kaas met een aai en een knuffel? Het is mij nooit overkomen…

De Berger markt bood eveneens kansen. Of het bos. Menig wandelaar die picknickend op een bankje zat, viel voor haar charmeoffensief, ondanks mijn: “Nee, Molly, niet voor jou!” Haar antwoord? De  snuit een tel gericht op het broodje van de recreant, de tong die even langs haar lippen ging. De staart, ingehouden kwispelend. On-weer-staan-baar. Dus… mmm.

Charisma, charme, focus. Tomeloze dankbaarheid na het bereiken van je doel. Die gelukkig makende combinatie. Onthoud hem. Je hebt er geen coach voor nodig. Kijk eens wat vaker naar het gedrag van dieren.

Mijn zwarte goud: brave, grappige Molly. Ze is er niet meer. Ze heeft me dagelijks vertederd, aan het lachen gemaakt, uitgelaten en bewaakt in onze fantastische bossen. Mens en dier. Over gelukkig makende combi’s gesproken. Wat een voorrecht dat zij bijna 12 jaar lang mijn leven deelde. Je zou ervan gaan kwispelen. Hulde aan de middenstand en de ware hondenliefhebber die ons pad kruiste. En aan dierenarts Maaike Dolk, die Molly begeleidde, zodat ze vol overgave in alle rust vorige week thuis kon inslapen. Haar kop op mijn arm.

 
Deze blog is verschenen in het Begens Nieuwsblad van 9 juli 2014

Geen opmerkingen:

Een reactie posten